De parel van Afrika - Hoofdstuk 2: Godsdienst en geldzaken

18 oktober 2008 - Lira, Oeganda

Op de een of andere manier krijg ik de laatste tijd vaak de vraag of ik nog meer dwaze dingen ga doen. Vreemd.. 

Geloof speelt een belangrijke rol in het dagelijks leven in Oeganda. 30 procent van de bevolking is Protestants, 30 procent Katholiek en 15 procent is Moslim. De overige 25 procent gelooft in inheemse goden en medicijnmannen. Sinds lange tijd zet ik weer voet in de kerk. De dienst begint om half 10 en duurt twee uur. Het is een gospeldienst in de Anglicaanse kerk van Oeganda, bij de Kyambogo university. Tijdens de dienst is het geen moment rustig. Mensen lopen heen en weer, gaan zitten of beginnen spontaan te huilen. Er wordt zoveel liefde uitgesproken en op het moment dat wij onszelf als mzungu’s (buitenlanders) moeten voorstellen worden we met luid applaus verwelkomd. Twee uur en 1000 indrukken later loop ik de kerk weer uit. 

Dankzij de Moslimbevolking zijn er veel mooie en imposante moskeen. Ik bezoek tijdens mijn verblijf de Gadhafi National Mosque die door onze grote vriend Muammar Gadhafi is betaald. Een boda-boda brengt me naar de moskee. Een boda-boda is een brommer/motortaxi die me doet terugdenken aan Vietnam. De naam boda-boda komt van het feit dat deze brommers gebruikt werden in de grensstreek met Kenia om mensen van de ene kant naar de andere te brengen. Border-border dus. Een kleine Afrikaanse uitspraak is nodig om hier boda-boda van te maken. De moskee is huge  en erg mooi. Hij word speciaal voor ons geopend en op het moment dat we binnen, op blote voeten natuurlijk foto’s staan te maken komt de Imam binnen die aan de oproep voor het gebed begint. Erg imposant en bijzonder om mee te maken, al sta ik hier wel met gemengde gevoelens. Mr. Gadhafi is uiteraard niet mijn beste vriend en ondanks dat de moskee prachtig is, is dit best een schaduw.

Naast het traditionele Afrikaanse Kampala, heeft de hoofdstad ook een stukje ‘westerse wereld’. In een van de twee winkelcentra in Kampala bevindt zich de enigste bioscoop van het land en toevallig draait de film ‘’Taken’’ deze middag! Een kaartje voor de film is niet duur en zo keer ik toch heel even terug naar de bekende wereld. In het winkelcentrum zitten ook allerhande restaurants. Van Frans tot Ethiopische en van Chinees tot Indiaas. Sluit de avond dat af met een avondje stappen in de Ange Noir en de westerse avond is compleet! Alleen jammer dat het geld uit je zakken gejat wordt. 

Mijn dagelijkse boodschappen haal ik hier zo veel mogelijk op de markt. Leuk en goedkoop zoals ik in mijn eerdere verhaal al liet weten. Eens per week ga ik ook naar een van de twee supermarkten in de stad om hier de overige spullen te kopen. Betalen doet men hier met de Oegandeese Shilling. 2300/= is ongeveer 1 euro. Uiteraard is er inflatie. Daarbij komt nog is dat er een groot tekort aan wisselgeld is. Een biljet van 20.000/= kan vaak niet worden gewisseld. Dit terwijl 20.000/= iets meer dan 8 euro is… 
Er zijn vaak 2 scenario’s mogelijk: 
1. Of het briefje van 20.000 is niet te wisselen in briefjes van 10.000 of 5000 
2. Of je krijgt muntrollen terug om de biljetten mee te vervangen. 
Kortweg zijn er veel te veel munten geslagen en veel te weinig biljetten gedrukt. 

Ik besluit ik om naar Banda te gaan om daar wat te gaan shoppen. M’n slippers zijn bijna kapot, dus ik moet wel nieuwe hebben. Eenmaal in Banda aangekomen scheuren m’n slippers helemaal door. Gelijk bij het eerste winkeltje maar even naar binnen! Van oude autobanden wordt hier van alles gemaakt. Schilderijlijsten, tassen en slippers. Ik kies toch voor een ander paar slippers die me wat comfortabeler lijken. 10 euro… nou, daar moet makkelijk wat vanaf kunnen! In Oeganda betaald men namelijk ook nooit de prijs die door de verkoper gegeven wordt. Uiteindelijk betaal ik 5 euro voor de slippers en loop blij weer naar buiten. 

Naast grote steden als Beijing en Shanghai heeft ook Kampala een groot probleem met smog. Er zijn veel oude auto’s, veel mensen stoken op kolen en hout en de zon schijnt de hele dag hard. Dit gecombineerd met het rode stof wat overal is, is het bijna ondragelijk. Midden op de dag is het dan ook vaak te heet om iets zinnigs te kunnen doen. Als de warmte aan het einde van de middag een beetje wegtrekt, trekt iedereen het centrum in. De kledingmarkt is het een van de doelen. Steegjes en straten vol met kledingwinkels! Uiteindelijk heb ik niets naar m’n zin gevonden. Ik wil nog steeds een pak laten maken, aangezien dat hier best goedkoop is. Toch komt het er ook hier niet van omdat ik simpelweg de tijd niet heb.  Gaandeweg lopen we ook langs een hindoetempel. Die hadden we hier nog niet gezien! Snel naar binnen dus. De tempel is kitsch en lelijk van binnen. Precies zoals een hindoetempel hoort te zijn;) Om in de hindoe sfeer te blijven, besluiten we te gaan eten in een Indiaas restaurant. Het beste van de stad! Het eten is inderdaad heel erg lekker en we blijven er erg lang zitten.

Lira is een stad in het noorden van Oeganda, onderweg naar de grens met Soedan. De rit duurt lang, maar weer komen we door een mooi landschap. Zoals bijvoorbeeld een mooie waterval! Vanuit ’t busje nemen we snel wat foto’s. Of toch niet… Een soldaat met een mooi geweer houd ons aan. Wat zijn wij aan het doen? Luid de vraag. Foto’s nemen. Ja.. dat is hier niet toegestaan. En gelijk moesten alle camera’s ingeleverd worden. Das even slikken maar ja.. het geweer is wel erg groot. Gelukkig hebben we Charles(een van de begeleiders en oprichters van de stichting) bij ons die de soldaat zover weet te krijgen dat we alleen de foto’s van de kaart hoeven te wissen. Na wat navraag bleek het gebied zeer populair te zijn geweest bij de rebellen. Ook zit er een legerbasis dus foto’s zijn een beetje uit den boze. Om toeristen hiervoor te waarschuwen staat er geen enkel bord wat dit aangeeft. Vijf meter verder komt dan toch een goedmakertje. Drie bavianen midden op de weg! De gemene soldaat is weg en hup, daar komen de camera’s weer! 

8 uur na het vertrek komen we aan in Lira. Het begint al donker te worden. In Lira kan je goed zien dat het noorden van Oeganda jarenlang is geteisterd door oorlog een rebellen. Huizen zijn afgebroken, vluchtelingen leven in hutjes en overal staan borden van verschillende hulporganisaties. You name it, they have it! Lira zelf is niet bijzonder. Het is een klein stadje met wat gezellige terrasjes. 
Een internetcafé van de stichting zit hier ook wat we uiteraard direct bezoeken. Na dit bezoek nog even de school bekijken waar we morgen de workshop zullen geven. Het is een groot complex. Er zit een crèche, basisschool en middelbare school. Volgend jaar willen ze gaan uitbreiden met een universiteit! Verder is de school precies zoals je een Afrikaanse school zou verwachten. Kaal, zanderig en zonder ramen.

Het is vandaag mijn verjaardag en dat vieren we in Oegandeese stijl met lekker eten. Het eten in Oeganda is uiteraard Afrikaans en erg voedzaam. Over het algemeen bestaat een maaltijd uit rijst, bonen en vlees wat goed gekookt is om alle bacteriën te doden.  Verder is de banaan ook een belangrijk product. Zoals wij de aardappel eten bij elke maaltijd, is dat hier de banaan. Gekookt en wel! Nu niet allemaal gaan proberen om bananen in kokend water te gooien (ik zie het alweer helemaal fout gaan) je moet natuurlijk wel de speciale bakbananen hebben, de zogenaamde matoke. Verder word er langs de kant van de weg van alles verkocht. Is dit veilig te eten? Tot nu toe wel. Ik merk vanzelf wel of dat zo zal blijven. In de supermarkt zijn alle westerse producten (tegen hoge prijzen) wel gewoon verkrijgbaar.  Prettig om ver van huis toch af en toe te kunnen genieten van chocolade, koffie en pindakaas. Drie westerse producten waarvan de belangrijkste ingrediënten allemaal hier in de wildernis groeien, geëxporteerd worden naar het westen om vervolgens in kant en klare producten terug te keren naar hun geboortegrond. Iets om over na te denken.

Kwa heri!

Foto’s